Uitgelicht

Groen in transitie: praktijkgericht onderzoek helpt!

Samenvatting
  • Onderwerp
    Terugblik CoE Groen conferentie
  • Interessant voor
    onderwijs, overheid en onderzoek
Bekijk de bronnen
Brede samenwerking is noodzakelijk om antwoorden te vinden op de complexe maatschappelijke vraagstukken van deze tijd. Vanuit een sterke groen blauwe expertise samenwerken met andere domeinen. Dat is de uitkomst van de tweede werkconferentie van CoE Groen. Vertegenwoordigers vanuit overheid, onderwijs en bedrijfsleven, van jong tot oud, pleitten voor meer samenwerking binnen het praktijkgericht onderzoek.

Of het nu gaat om het herstel van de natuur, het bouwen aan een duurzaam voedselsysteem, toekomstbestendig ondernemerschap op het platteland, een gezonde bodem of een robuuste waterhuishouding, het kwam allemaal aan bod tijdens het werkatelier van CoE Groen, Centre of Expertise. De kleine 200 bezoekers kregen tijdens het ‘Open Atelier 2023’ in de Mauritskazerne in Ede een zeer divers programma voorgeschoteld met een twaalftal informatieve werksessies.

Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat deze video niet getoond kan worden. Vink marketing aan in uw cookie-instellingen en ververs deze pagina om de video te tonen.
CoE Groen Open Atelier 7 december 2023

Bron: CoE Groen

Daarnaast werden onder de titel ‘Groen in transitie: praktijkgericht onderzoek helpt!’ uiteenlopende CoE Groen-projecten in een audiotour toegelicht. Zoals bijvoorbeeld de inzet van circulaire meststoffen in plantaardige teelten of het benutten van alternatieve eiwitbronnen. Maar ook de hygiëne rondom het jonge kalf en een thema wat in veel boerengezinnen actueel is: bedrijfsovername. Onderzoekers en studenten van Hogeschool Van Hall Larenstein hebben de afgelopen jaren de handen ineengeslagen met een spelontwikkelaar en de agrarische sector om op een nuttige en speelse manier bij de verkoop van de boerderij aan de volgende generatie ‘om tafel’ te gaan.

“Jullie leiden de toekomstige agrariërs, adviseurs en specialisten in de keten op, dus we hebben jullie nodig.”

Johan Osinga, directeur-generaal Regieorganisatie Transitie Landelijk Gebied

Bij de plenaire aftrap riep programmamanager van het CoE Groen, Anneke Bergsma, het publiek op om ook de komende tijd actief deel te nemen in praktijkgericht onderzoek, om zelf vraagstukken in te brengen en de verbinding te zoeken tussen alle betrokken partijen in het onderwijs, het bedrijfsleven en bij de overheid.

Te grote voetafdruk

Johan Osinga, directeur-generaal Regieorganisatie Transitie Landelijk Gebied bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit nam vervolgens het podium. Osinga noemde ons huidige voedselsysteem niet robuust en niet volhoudbaar. ‘We hebben een te grote voetafdruk en moeten bedenken hoe we de komende decennia economisch verantwoord voedsel gaan produceren met een zo laag mogelijke impact op de omgeving. Het is daarbij ook aan boeren en tuinders om nu zelf stappen in de juiste richting te zetten’, zei hij.

Los van de politieke onzekerheid, zo kort na de Tweede Kamerverkiezingen, is het volgens de hoge ambtenaar onmogelijk ‘om op onze handen te blijven zitten’ en de ‘pijn naar de volgende generatie door te schuiven’. Osinga ziet daarin ook rol weggelegd voor de overheid. Die moet duidelijkheid bieden in een gebiedsgerichte aanpak om gezonde natuur, schoon water en schone lucht te realiseren. Ook pleitte hij voor het inzetten van innovatie en een noodzakelijke sturing vanuit het Rijk om binnen wet- en regelgeving te blijven. ‘Jullie leiden de toekomstige agrariërs, adviseurs en specialisten in de keten op, dus we hebben jullie nodig’, hield hij het publiek voor.

Osinga ziet het als een uitdaging om meer en beter te zien wat praktijkgericht onderzoek allemaal doet en hierin actief de samenwerking op te zoeken.

Vier groene hogescholen

Volgens Rien Komen, de nieuwe bestuurlijke kartrekker van CoE Groen, fungeren de vier groene hogescholen op het gebied van onderzoek als ‘één partij’. ‘We hebben kritische massa en kunnen focus aanbrengen om innovatie aan te jagen’, aldus de bestuurder, tevens vicevoorzitter van Aeres Hogeschool. Volgens Komen is het de wens om als vier groene hogescholen bredere samenwerkingen aan de gaan met het blauwe domein (water) en de techniek.

Nieuwe bedrijfsmodellen in theorie en praktijk

Wat Patrick Huntjens, Inholland-lector Sociale innovatie in het groene domein, opvalt is dat boeren die het roer om willen gooien nog steeds tegen de beperkingen van het bestaande voedselsysteem aanlopen. ‘We moeten, de overheid voorop, nieuwe bedrijfsmodellen omarmen. Daarvoor zijn beleidsinstrumenten nodig’, benadrukte Huntjens, auteur van de internationale bestseller ‘Towards a Natural Social Contract’.

Nauw betrokken bij zo’n nieuw agrarisch bedrijfsmodel is Joanne Malotaux, van Burgerboerderij De Patrijs. Zij vertelde over de transformatie van een melkveehouderij naar een gemengd, natuurinclusief en agro-ecologisch bedrijf. Voor de financiering van de boerderij in het Gelderse Laren is via crowdfunding in totaal 1 miljoen euro opgehaald bij burgers en een stichting. Daarnaast zijn er een handjevol onbemande winkels in de omgeving met boerenproducten en helpen tientallen vrijwilligers mee. Het erf is altijd open voor bezoekers.

Allerlei belemmeringen

Juist ondernemers die op een duurzaam voedselsysteem over willen schakelen, lopen tegen allerlei belemmeringen aan. Zo voert De Patrijs hun koeien met reststromen uit de voedingsindustrie, maar dat is duurder dan soja uit Zuid-Amerika en daardoor komen ze nooit in aanmerking voor het label biologisch. Ook moet tweederde van de melk nog afgezet worden op een internationale markt met een sterk schommelende melkprijs.

Tijdens het werkatelier ‘Leren van falen vertalen naar succesverhalen’ pleitte Malotaux met andere deelnemers voor meer openheid over de struikelblokken in de praktijk in een ‘verbond van falende boeren’. ‘Als je echt weet wat er misgaat, kun je ook een volgende boer behoeden voor een uitglijder’, zei ze. Daarbij tekenen de ondernemers tijdens de werksessie wel aan dat zij in deze transitie ook het financiële risico moeten dragen.

Communicatie en terugkoppeling

Het falen mag sowieso meer de boventoon voeren in het praktijkgericht onderzoek, vond lector Judith van de Mortel, verbonden aan HAS green academy. Ook benadrukte zij dat langer lopende projecten nodig zijn, waarbij de betrokkenen ook voldoende uren beschikbaar zijn. ‘Zelf merk ik dat het zaak is dat alle deelnemende partijen in een praktijkgericht onderzoek op één lijn zitten. Dat vraagt om de nodige communicatie en terugkoppeling: is dit echt wat we met een onderzoek willen?’, zo verwoordde Van de Mortel.

De verbreding zoeken, met tegelijkertijd de neuzen dezelfde kan op, liet Monique de Knegt, één van de business developers van CoE Groen, doorschemeren. Zij heeft zelf ervaren hoe lastig het was om lectoren bij elkaar te krijgen voor het Expertisecluster Food ‘Totdat ik doorhad dat lectoren al volop in contact stonden en dat ik via die overleggen kon aanhaken. Toen is het vliegwiel gaan draaien en hebben we de krachten gebundeld’, zei De Knegt. Ook De Knegt vindt het belangrijk om via praktijkgericht onderzoek te laten zien wat wel, maar juist ook wat níet werkt.

Jongeren als voorbeeld

Tijdens een aantal werksessies stonden ook nieuwe samenwerkingen centraal, zoals het verbinden van hbo- met het mbo-onderzoek. Onderdeel daarvan is om jongeren al in het voortgezet onderwijs enthousiast te maken voor de groene sector. Het praktijkgericht onderzoek in samenwerking met bedrijven, bijvoorbeeld rondom het tegengaan van voedselverspilling, is meteen ‘voor het echie’ en niet alleen om studiepunten te verzamelen. Daarnaast werd ook aandacht besteed aan hoe je in deze nieuwe samenwerkingen het verbindende gesprek kunt voeren door depolarisatie technieken en door conflict-eren te leren.

Het laatste woord tijdens de werkconferentie was aan de jongeren, met scholier Mehrzad Joussefi en Sarah van Buren, aanjager van het Groenpact Jongerenplatform. Volgens Van Buren is het de hoogste tijd dat de nieuwe generatie volwaardig aan tafel zit als het om de huidige transitievraagstukken gaat. Daarnaast laten jongeren volgens haar zien, of ze nu boer of klimaatactivist zijn, dat samenwerking altijd mogelijk is. Zij hebben gezamenlijk een landbouwvisie geschreven, terwijl een landelijk Landbouwakkoord de eindstreep niet heeft gehaald. ‘Wij geven het goede voorbeeld’, sloot ze de dag af.

In samenwerking met Regieorgaan SIA en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit