Uitgelicht

Oog voor de emotionele complexiteit bij bedrijfsoverdracht

Bron foto: Smederevac, Opa plukt fruit met kleinkind (iStock)
Samenvatting
  • Onderwerp
    Bedrijfsopvolging
  • Interessant voor
    Groene sector
Bekijk de bronnen
Bedrijfsovername van een land- of tuinbouwbedrijf heeft veel voeten in de aarde, zeker als het gaat om een familiebedrijf met een lange geschiedenis. Zes samenwerkende hogescholen zoomen in op de sociaal-emotionele kant van het proces. Lectoren willen families zelfredzaam maken en benadrukken het belang van goede coaching. Hoe kan de bedrijfsadviseur een rol vervullen in het proces?
In samenwerking met

Voor de fiscale, juridische en economische consequenties van een bedrijfsovername is volgens Gerry Kouwenhoven, associate lector bij Hogeschool Inholland, voldoende aandacht. Maar de sociale en emotionele aspecten blijven vaak onderbelicht. Met alle mogelijke gevolgen van dien: ouders die het bedrijf niet kunnen loslaten, een moeizame bedrijfsvoering of zelfs verstoorde familieverhoudingen.

Volgens Kouwenhoven kan een adviseur, coach of counseler een cruciale rol spelen. ‘Het is een ingewikkeld proces en vraagt om empathie, oog hebben voor emoties, aanvoelen wie wanneer in het proces betrokken moet worden en de kunst van het vragen stellen. Hoe denken de andere gezinsleden en partners over een bedrijfsovername? En ‘de koude kant’? Dit soort vraagstukken wil je tijdig met elkaar bespreken.’

In de schulden steken

Ook de verdeling van middelen blijkt vaak een heet hangijzer. Het kapitaal zit bij boeren en tuinders vaak vast in vastgoed, grond en bedrijfsmiddelen. Wanneer houden de ouders voldoende pensioen over en hoeft de opvolger zich niet te diep in de schulden te steken? En wat is de positie van broers en zussen: hebben zij recht op kapitaal of willen zij ook het bedrijf voortzetten?

‘Elkaar iets gunnen is hierbij heel belangrijk’, verwoordt lector Familiebedrijven Judith van Helvert van Hogeschool Windesheim. ‘Het gaat niet om een eerlijke verdeling; dat gaat eenvoudigweg niet. Wat voelt rechtvaardig voor alle betrokkenen? De opvolger ‘krijgt’ het bedrijf, maar laadt ook veel verantwoordelijkheid op zijn of haar schouders en is de rentmeester van het bedrijf naar weer een volgende generatie.’

‘Het is dus belangrijk om alle gezinsleden bij het proces te betrekken’, vervolgt Kouwenhoven. ‘Iedereen kan dan zijn of haar zegje doen; dat geeft vertrouwen. Ook leidt een open gesprek bij niet-overnemende familieleden tot meer begrip. Communicatie – zaken naar elkaar toe uitspreken – is gedurende het hele proces enorm belangrijk om tot een goede afloop te komen. Hier kan een bedrijfsadviseur ondersteuning bij bieden.’

Van expeditiegids tot kletspot

Als vervolg op het lopende project willen zes hogescholen gezamenlijk het bedrijfsovernameproces verder onder de loep nemen. Hoe kan de bedrijfsadviseur nog beter in zijn of haar rol komen, hoe kunnen studenten opgeleid worden voor de functie van familiebedrijfsadviseur en hoe kunnen bedrijfsopvolgers in contact komen met andere bedrijfsovernemers? Ook komen tal van manieren aan bod om het familiegesprek te faciliteren. ‘Alles moet leiden tot meer succesvolle bedrijfsovernameprocessen’, zegt Kouwenhoven.

In samenwerking met onder andere het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontact is een expeditiegids, een kennisdocument, een kletspot, een bordspel en een digitaal leerboek ontwikkeld rondom een succesvolle bedrijfsovername. Dit najaar verschijnt ook een werkboek familiegesprek. CoE Groen verbindt alle partijen met elkaar. Regieorgaan SIA en het ministerie van LNV stellen de benodigde middelen beschikbaar.

Uitgangspunt bij het onderzoek is het familiesysteem, waarbij mensen niet alleen met elkaar verbonden zijn, maar ook afhankelijk van elkaar zijn. ‘Door de wederkerigheid in de relaties en het reageren op elkaar kun je aan veel verschillende knoppen draaien om een verandering op gang te brengen in het overnameproces’, zegt Van Helvert. De kennis en inzichten worden in samenspraak met boerenfamilies verder verdiept.

Voor adviseurs is een stappenplan in de maak, juist om dat ‘goede gesprek’ te kunnen voeren. Van Helvert: ‘Een vervolg aan dit project geeft de mogelijkheid om leermiddelen verder te optimaliseren en te kijken wat soepel loopt en wat niet. We willen graag de zelfredzaamheid bij families vergroten.’

‘Bewust of onbewust zijn er altijd verwachtingen van elkaar bij een bedrijfsovername’, zegt de lector van Hogeschool Windesheim. ‘Aandacht voor de verwachtingen, overtuigingen en aannames van de individuele familieleden zorgt voor transparantie en openheid in de familie en duidelijkheid bij de nieuwe generatie die vaak nog aan het ontdekken is wie ze zijn en wat ze willen in hun leven.’

Moeder-schoondochter

Met een duurzame bedrijfsovername bedoelen de onderzoekers dat de overname zowel een ecologisch en economisch toekomstbestendig bedrijfs- en verdienmodel heeft én dat de familieverhoudingen goed zijn en blijven. ‘Sterker nog dan bij andere familiebedrijven spelen in de agrarische sector de niet-financiële zaken een rol, zoals rentmeesterschap, continuïteit, de gemeenschap en de familieverhoudingen’, ziet Van Helvert. ‘Daarnaast gaat werken en wonen op een boerderij vaak in elkaar over, wat extra druk kan opleveren en waar je niet zomaar van kan weglopen.’

De lector Familiebedrijven ziet nog tal van onderzoeksterreinen die onontgonnen zijn, zoals de relatie moeder-schoondochter. ‘De ‘koude kant’ levert soms veel dynamiek op, omdat de schoondochter uit een ander nest komt en vaak al een eigen opleiding en loopbaan heeft. De partner komt opeens heel dicht bij haar schoonouders te staan. Dat kan heel wat spanning opleveren.’

‘Vaak gaat het goed en iedere keer dat het niet goed gaat, kan dat verstrekkende gevolgen hebben, voor de familie, voor de sector en zelfs voor de Nederlandse economie’, verwoordt Kouwenhoven. ‘Over de zakelijke kant zijn boeken volgeschreven, maar de zachte kant blijft onderbelicht. Daar vestigen we nu de aandacht op.’

Dicht bij de stad

Kouwenhoven richt zich vanuit Inholland vooral op het westen van het land. ‘We hebben veel glastuinbouw en zo dicht bij stedelijk gebied ook veel multifunctionele landbouw. We zien dat tuinders vaak iets zakelijker tegenover een bedrijfsovername staan dan bijvoorbeeld melkveehouders. We zien in ons gebied ook de noodzaak om in te spelen op nieuwe eisen die een kritische maatschappij aan de landbouw stelt. Naast bedrijfsovernames binnen de familie, kom je steeds vaker ook andere vormen tegen. De overnemer kan bijvoorbeeld van buiten de familie komen. Ook zie je steeds vaker dat er niet 1 maar meerdere overnemers zijn. Ondernemers richten hun leven anders in dan 30 jaar geleden.’

Bij het Kenniscentrum Bedrijfsovername, wat in oprichting is, moeten alle inzichten samenkomen. ‘Het is belangrijk dat voor ondernemers een netwerk beschikbaar is en dat gaat dus verder dan kennis delen. Daarnaast ontwikkelen we extra leermiddelen om mbo en hbo-studenten goed op te leiden. Daar zitten immers de adviseurs van de toekomst tussen’, besluit de onderzoeker van Inholland.